veerle dobbelaere

Veerle Dobbelaere: ‘Ik wil de wereld zachtheid bieden’

‘Ik train mezelf in het geen oordeel hebben. In de eerste plaats niet over mezelf, maar ook niet over anderen. Door die houding creëer je vanzelf ruimte om mensen zichzelf te laten zijn’

Je lijkt me een bezige bij. Slaag jij erin om te vertragen?

VD: ‘Ik heb net nog een tweedaagse gevolgd in Nederland over happiness, en dan ben ik weer zo dolenthousiast omdat ik dan allemaal tools heb gekregen waarmee ik aan de slag kan. Sommige zaken lukken me, daar kan ik de discipline voor opbrengen, andere niet. Ik mediteer bijvoorbeeld twee keer twintig minuten per dag. Punt. Dat is een beslissing. Ik sta er vroeger voor op. We eten drie keer per dag, we poetsen onze tanden twee keer per dag … Als we dat kunnen, kunnen we evengoed andere dingen volhouden die we belangrijk vinden. Ik probeer nu ’s morgens een intentie neer te schrijven, omdat het zo anders is als je de dag begint met een intentie. Mijn man zou dat allemaal ook willen doen, zegt hij, omdat hij beseft dat het belangrijk is. Maar hij komt er niet toe, geen tijd. Vaak weten we zo goed wat we zouden moeten doen, maar we doen er zo weinig mee. Ik wil mensen graag concrete dingen meegeven om tot actie over te gaan.’

Als je hier binnenkomt, proef je schoonheid. Wat betekent schoonheid voor jou?

VD: ‘Ik hou ervan om mensen in schoonheid te verbinden. Let op, schoonheid kan lelijkheid zijn. Ook in iets lelijks kan je schoonheid zien; daar bestaat tegenwoordig zelfs een naam voor, wabi sabi, de kunst van imperfectie. Ik vind dat prachtig. Ik kan genieten van een stad die half af is. In mijn personages zoek ik altijd naar de barst, naar het pijntje. Dat kan me zo ontroeren. Iets kan mij alleen maar raken als het niet helemaal perfect of af is. Ook schone gedachten vind ik belangrijk. Het leven is wat je gedachten ervan maken. Je hebt mensen die in de grootste shit toch die vreugde, die zinvolheid kennen, omdat ze in hun hoofd anders denken. Schone gedachten hebben over jezelf is belangrijk. Jezelf niet steeds beoordelen, maar juist mildheid inbrengen. Begrip, empathie, het hoort voor mij allemaal bij schoonheid.’

Je wordt dit jaar vijftig, is dat een kaap voor jou? Een moment om de balans op te maken?

VD: ‘Ik ken vrouwen die het verschrikkelijk vinden om vijftig te worden. Ik heb dat niet, ik ben er niet bang voor. Het is beter dan 49. Vijftig is een getal dat iets betekent, het is een getal waar mensen zich toe verhouden. Dat vind ik op zich wel leuk, want ik ben ook wel een speler, in de brede zin van het woord. Ik speel graag met dingen, zoals een kind. Je mag jezelf niet te veel au sérieux nemen. Daar wint niemand iets mee, jijzelf in de laatste plaats. Ik vind het juist leuk om dingen lichter te maken. Ook diepe dingen kan je lichter maken met lucht, en daarmee bedoel ik niet dat je het bagatelliseert. Integendeel, ik denk dat je iets veel meer au sérieux neemt als je er ook licht en lucht aan toevoegt.’

En je ontdekt op die leeftijd misschien ook wat je echt belangrijk vindt …

VD: ‘Ik heb al veel dingen gedaan in mijn leven, in fases. Ik heb al zoveel beleefd. Dat neigt naar fragmentatie. Dat is een deel van wie ik ben, maar soms is die split focus voor mij te vermoeiend. Daarom dacht ik, laat ik nu ik vijftig ben een aantal dingen waardoor ik gepassioneerd ben, samenbrengen. Mensen, in niet te grote groep. En met eten, want ik geloof in voeding als medicijn, gezonde biovoeding. Iedereen heeft recht op zijn roes en zondes, en ik ben niet fanatiek, maar ik geloof wel dat wat we eten belangrijk is. We moeten dat vernuftige systeem dat ons lichaam is op de juiste manier voeden. Ik hou van mensen die heel puur met eten bezig zijn. Met hun handen in de grond en enkel lucht, water, zon en aarde. Ik wil een platform bieden aan foodies die met voeding bezig zijn op een schone manier, schoon voor de wereld en het systeem. Omdat we onszelf en het systeem te dikwijls, te veel vervuilen. Ik wil mensen laten stilstaan bij een aantal belangrijke dingen. Want als je bewuster bent, kan je beter kiezen. Wat helpt me, wat helpt me niet? Soms zit je maar te dobberen op die grote zee, maar waar wil je eigenlijk naartoe? Het helpt om daarbij stil te staan.’