hartcoherentie

Balans in je zenuwstelsel met hartcoherentie

Bestand tegen burn-out

Burn-out is een veelvoorkomende aandoening, waar we het best allemaal alert voor zijn. Aan de hand van een duidelijke tekening in het boek kan ik burn-out beter vatten: stress kan je als water zien en de eigen vitaliteit en veerkracht als een dijk. Als het water toeneemt, zet de dijkwachter een systeem in werking waarbij een vrachtwagen (hormonen) extra zand (herstelvermogen) aanvoert om de dijk te verstevigen tegenover de toegenomen druk. Als de situatie daarna weer normaal wordt, is er niks aan de hand. Maar als de druk te hoog blijft, geraakt het extra zand (herstelvermogen) op en lopen de banden van de vrachtwagen (hormonen) plat. Door de combinatie van het moederschap en werk heb ik zelf een periode gekend van erge stress en uitputting. De informatie in het boek laat me duidelijk zien in welke ‘gevarenzone’ ik me bevond. Ik snap nu ook dat rust, hoe zinloos het soms ook voelt, absoluut nodig is om het herstelvermogen van het lichaam de tijd te geven om weer op te bouwen. Het doet me ook beter begrijpen wat er met vrienden aan de hand is die wel in een burn-out zijn beland. De periode waarin ze niks meer kunnen en alleen nog maar rusten, is dus geen keuze, maar een teken dat het hele systeem uitgeput geraakt is.

Eerste stap: de adem

Wanneer ik net alle informatie over stress heb doorgenomen, lijkt de remedie bijna te simpel om waar te zijn. De eerste stap om tot hartcoherentie, dus balans in je zenuwstelsel, te komen is … ademen. De eerste dagen moet ik mijn ademhaling ‘tekenen’, gedurende drie keer drie minuten per dag. Wanneer ik inadem, teken ik een lijn omhoog. Bij uitademing gaat de lijn omlaag. Een golfbeweging dus. Ik vind het een beetje raar om te doen en ik snap ook niet heel goed wat dat teweegbrengt. Het voelt ook erg ongemakkelijk om op het werk golfjes op een blad te gaan tekenen en in de ochtendspits met de kinderen thuis lukt het ook al niet erg goed om drie minuten met een blad papier en een pen te ademen. Ik probeer het zo goed en zo kwaad als het kan. Dat het me niet consequenter lukt, heeft waarschijnlijk te maken met mijn scepsis. De volgende stap is het toewerken naar een focus-ademhaling. (…)

Lees het volledige artikel in het juninummer van Psychologies.