Tegenstrijdigheden in onszelf: weten we nog waar we voor staan?

Verkennen van grenzen

Onvermijdelijk, zo blijkt inderdaad. Zeker de laatste decennia krijgen we ruim de gelegenheid om onze identiteit op tijd en stond te herdefiniëren. De tijd dat je beroep voor je leven vastlag, politieke trouw aan een partij van grootvader op kleinzoon werd doorgegeven, huwelijkscontracten zestig jaar gerespecteerd werden en nadenken over jezelf als tijdverlies werd ervaren, is voorbij. We leven juist in een tijdskader waarin extremen en grenzen ijverig verkend worden en zaken die we liever verdoezelden meedogenloos worden opengelegd. Op seksualiteit zijn er weinig taboes, relationeel gaan we alle kanten uit, de technologie maakt kwantumsprongen, bedrijven dagen ons uit om tot het uiterste te gaan, klokkenluiders houden hun mond niet langer, politici spreken uitdagende taal. Situaties te over om ons uit onze comfortzone te halen, gewild of ongewild. ‘We leven inderdaad in uitdagende tijden’, bevestigt Verhaeghe, die die veranderingen uitvoerig analyseert in Autoriteit. ‘In vergelijking met een halve eeuw terug gaan de veranderingen door de digitalisering en de mondialisering steeds sneller. Bovendien maken we op antropologisch vlak een belangrijke wijziging mee: het top-down patriarchaat dat eeuwenlang de toon zette, is volop aan het verschuiven naar een autoriteit gebaseerd op horizontale netwerken. Dat betekent dat we als individu meer uitgedaagd worden om onze eigen beslissingen te nemen, in plaats van te roepen om een sterke leider die ons uit de chaos helpt, of te zoeken naar zondebokken voor de problemen die er zijn. Zo’n houding lost niks op. Een betere reactie is om samen met anderen na te denken over waar we naartoe willen. Zulke veranderingen brengen inderdaad nieuwe spanningen met zich mee, maar ook in de goede oude tijd waren er problemen. We mogen niet vergeten dat we een grote vrij­heid genieten en daardoor keuzes kunnen maken, wat niet overal kan. Alleen brengen keuzes ook verant­woordelijkheid en onzekerheid met zich mee, en daar hebben veel mensen het moeilijk mee. We zoeken bij crisis dan misschien naar eenduidigheid – ook in onszelf – maar in feite hebben we geen eenduidigheid nodig. Dat werkt alleen maar verarmend. Ik vind het zelf bijzonder hoop­vol dat er tegenwoordig zoveel verscheidenheid is. We moeten die diversiteit juist omarmen, ook in onszelf.’