Vertrouw op je inner-netwerk

Hulp vragen kan je natuurlijk aan officiële instanties. Maar nu er steeds meer op zorg wordt bespaard, blijkt dat we ook elkaar zullen blijven nodig hebben in moeilijke tijden. Ook voor financiële problemen. Een stevig netwerk uitbouwen is daarbij geen overbodige luxe. Zo ondervond ook Yamina Krossa, die de kracht van een warm netwerk omschrijft in haar nieuwe boek Innercrowdfunding.

Tekst: Katrien Elen – Beeld: Shutterstock

 ‘Als ik er nu op terugkijk, zou ik de aangeboden hulp nog meer inzetten’

Op haar 38ste kreeg Yamina Krossa, toen een alleenstaande mama van twee tieners, de diagnose borstkanker. Om haar borstreconstructie te betalen, deed ze een crowdfunding binnen haar eigen netwerk. Ze kreeg twee nieuwe ‘tieten’, maar de krachtige Yamina liet het daar niet bij en wilde iets terugdoen. Ze maakte van haar benefietcampagne een model dat ze innercrowdfunding noemde en richtte de vzw Benetiet op, waarmee ze andere vrouwen ging ondersteunen om geld in te zamelen. Ondertussen is er het praktische boek Laat je net-werken, waarmee iedereen aan de slag kan om op een creatieve manier fondsen te werven bij mensen uit het nabije netwerk van een door tegenslag getroffen persoon.

Hoe is het om op je 38ste de diagnose borstkanker te krijgen?

Yamina Krossa: ‘Ik heb mijn moeder op haar 49ste verloren aan baarmoederhalskanker. Ik heb dus altijd gedacht dat ik ooit kanker zou krijgen… maar dan op mijn 60ste of zo. Toen ik op mijn 38ste een vlezig balletje voelde in mijn borst, dacht ik in eerste instantie aan een borstontsteking. Wat ik voelde, kwam niet overeen met het beeld van “het knikkertje” dat ik had meegekregen uit de bewustwordingscampagnes. Antibiotica hielp echter niet, dus stuurde de dokter me voor een mammografie. Daarop is de kankersneltrein begonnen. Op donderdag kreeg ik te horen dat ik borstkanker had, op dinsdag wist ik dat er geen uitzaaiingen waren en op woensdag ging mijn borst eraf. Dat lijkt heel snel, maar dat weekend duurde eeuwig. Ik was een alleenstaande mama met twee tienerzonen uit twee relaties. Alle scenario’s gingen door mijn hoofd. Is mijn schuldsaldo in orde? Kunnen de kinderen samenblijven als ik doodga? Het was een emotionele rollercoaster.’

Heb je toen al gevoeld hoe warm je netwerk was?

YK: ‘Hoewel ik geen partner had, was ik goed omringd. De hulp is meteen op gang gekomen. Na de mammografie nodigde een vriend me uit in Knokke om mijn gedachten te verzetten. Daar heb ik gehoord dat ik kanker had. Meteen boden vrienden en familie hulp aan. Iedereen wilde iets doen. Ik had acht chemosessies nodig, dus ik dacht: ik vraag iedere keer een andere vriendin. Dan belast ik niemand te veel. Na twee sessies wist ik echter dat ik dat liever alleen met mijn zus Myriam wilde doen. Zij was blij met die vraag want ze vond het net jammer dat ze er niet iedere keer bij zou kunnen zijn. Myriam is ongelofelijk. Rond die periode was zij aan het solliciteren. Tijdens de laatste ronde vroeg ze meteen al verlof voor mijn chemodagen. Haar nieuwe werkgever heeft dat aanvaard.’

Had je die steun verwacht?

YK: ‘Ik kreeg veel meer hulp aangeboden dan ik had kunnen indenken. Volgens mij zit dat intrinsiek in de mens. We willen gewoon graag helpen, zeker als we emotioneel betrokken zijn. Maar als ik er nu op terugkijk, zou ik de aangeboden hulp meer inzetten. Ik heb de hulp vaak afgewimpeld, terwijl ik het soms wel moeilijk had. Mijn zus kwam de dag voor de chemo altijd slapen. Dat was telkens een gezellige avond met chips, cava en veel lachen. Na de chemo, op het moment dat ik het ziekst ging worden, stuurde ik haar weg. Nu zou ik dat anders doen, maar ik wilde niemand tot last zijn. Ik kon niet zwak zijn bij iemand anders want ik was sterke Yamina. Die reflex heb ik ook bij andere vrouwen via Benetiet gezien. Veel vrouwen willen te lang “sterk” blijven en zich dan ook niet laten helpen. Waarom doen we onszelf dat eigenlijk aan?’