‘Mijn zoon van 10 zet beelden van ons ongecensureerd op YouTube’

‘Stel je betrokken en open op, zodat je kind je blijft toevertrouwen waar hij online mee bezig is. Spreek samen af wat voor jou wél en niet kan’

Kinderpsychologe Klaar Hammenecker: ‘Heel wat kinderen kijken naar YouTube zoals hun ouders in hun kinderjaren naar de televisie keken. Ze volgen er series en herbekijken keer op keer en ‘on demand’ hun lievelingsbeelden. Waar YouTube aanvankelijk vooral voor muziekclips en filmtrailers gevolgd werd, kan je er momenteel werkelijk over van alles beelden vinden: boeiende educatieve filmpjes, series die elders niet meer beschikbaar zijn én vlogs. En het lijkt vooral dit laatste te zijn wat jouw zoon zo fascineert. De ‘helden’ van onze kleintjes zijn dus niet langer alleen superhelden met buitenaardse krachten maar evengoed die boy-next-door die zijn leven filmt en openbaar maakt door het online te plaatsen, vloggers dus …

Je zoon is in die zin een gewone jongen die net als veel van zijn leeftijdsgenoten imiteert wat zijn rolmodellen doen: dagelijkse taferelen met een knipoog filmen én online posten. En hij lijkt er zelfs bijdehands en creatief in, want hij heeft blijkbaar op eigen houtje een YouTube-kanaal.

Als ouder staan we hier voor een complexe opvoedkundige uitdaging waarin meer vragen schuilen dan alleen hoe we hierop moeten reageren. Behoorlijk choquerend is het om vast te stellen dat je kind al een soort ‘pro’ lijkt te zijn in een wereld waarin jij je vooral een alien voelt. De generatie-clash speelt ook hier heel sterk: onze kinderen schieten ons in een sneltreinvaart voorbij, waardoor we dreigen te missen wat hen boeit en waarmee ze bezig zijn. Meer dan ooit is het belangrijk als ouder een grote betrokkenheid te tonen op hun doen en laten, vermits zich dat niet meer alleen onder onze neus maar voor een groot stuk ook digitaal afspeelt. Toon interesse en een grote openheid zodat je kind je graag wil toevertrouwen waarmee hij bezig is en waarvan hij wakker ligt.

Je kan dit immers niet tegenhouden, wat ons bij een tweede thema brengt. Net als op vele andere ontwikkelingsdomeinen, werkt het verbod ook hier niet. Door je kind te verbieden om ‘online’ te gaan, maak je het nog veel aantrekkelijker. Je kind ziet zich op die manier voor een dilemma gesteld: ga ik het stiekem toch doen of kies ik voor het conflict? Spreek samen af wat er voor jou wél kan eerder dan steeds te herhalen wat niet mag of verboden is. Vraag wat hij verwacht en wenst en leg dat naast wat voor jullie als ouders hier mogelijk en toegelaten is. Doe suggesties hoe hij zijn creativiteit op een leuke manier ook online kan tonen.

Daarmee komen we bij de belangrijke privacy-kwestie. Waar ligt je grens hierbij? En welke waarden wil je hierin aan je kinderen meegeven? De mate van openheid die je in je dagelijkse contacten toont, is vermoedelijk representatief voor wat er over jou online te vinden is. Daaromtrent dien je met je kind in gesprek te gaan: leg uit wat persoonlijke grenzen en territorium zijn en dring erop aan deze te respecteren. Wijs ook op de gevolgen van het ‘openbaar’ maken van deze info, zonder hem bang te maken. Benadruk dat er een verschil is tussen de eigen en andermans grenzen. Zo dient hij een akkoord te hebben om beelden van anderen te delen. Je kan hierin verwijzen naar de toestemming die jij ook op school en in sportclubs moet geven om foto’s en andere persoonlijke info te delen.’