Meditatie vormt je brein, zegt de neuroloog

Meditatie heeft niet alleen een positief effect op ons gemoed, maar ook op onze hersenen. Neuroloog Steven Laureys (Université de Liege), zelf een overtuigde yogi, toonde het aan met hersenscans en wil met zijn nieuwe boek collega-wetenschappers én het brede publiek warm maken voor de weldadige effecten van geregeld mediteren.

Tekst: Hade Wouters – Beeld: Shutterstock

‘Voor klachten als depressie en slapeloosheid is het aangetoond dat meditatie evenveel effect kan hebben als medicatie, zonder de vervelende bijwerkingen’

Toen neuroloog Steven Laureys door een moeilijke periode ging, ontdekte hij de kracht van meditatie. Als wetenschapper was hij nieuwsgierig naar de effecten van meditatie op het brein. Om dit te onderzoeken, mocht hij hersenscans nemen bij de Franse monnik en wetenschapper Matthieu Ricard. Zo stelde Laureys vast dat het effect van meditatie op de hersenen wel degelijk meetbaar is.

‘Neuroplasticiteit’, het principe dat hersenen zich kunnen ontwikkelen en kunnen veranderen onder invloed van stimulatie, was al langer bekend. De hersenen van iemand die mediteert, blijken meetbare veranderingen te vertonen in hun structuur en in de werking van onder meer de hippocampus (belangrijk voor het geheugen), de insula (belangrijk voor het ervaren en controleren van interne prikkels en signalen), de voorste gordelwinding (belangrijk voor de controle van de aandacht), de prefrontale hersenschors (belangrijk voor het nemen van emotionele beslissingen ) en de hersenbalk (de brug tussen de linker- en rechterhersenhelft die informatie uitwisselt).

De effecten zijn uiteraard het sterkst bij meditatie-‘kampioenen’ als Ricard, maar bij iedereen die 8 weken lang 20 minuten per dag mediteert, is er verandering meetbaar. Ondanks deze opvallende resultaten heeft de medische wetenschap meditatie nog niet omarmd. Een gesprek met Steven Laureys, de man die de brug probeert te slaan tussen meditatie en klassieke geneeskunde.

In je boek beschrijf je meditatie als een sport voor je hersenen, niet bepaald een zweverig beeld.

Steven Laureys: ‘Als we beter willen worden in een bepaalde sport, trainen we. We vinden het bijvoorbeeld heel normaal om start to run te doen om onze conditie op te bouwen of naar de sportschool te gaan om fysiek sterker te worden. Maar onze geest trainen vinden we vreemd. En toch kan je bijvoorbeeld je aandacht trainen om in het ‘hier en nu’ te zijn en te blijven, bijvoorbeeld via de ademhaling. Tijdens ons gesprek ademen we, tijdens het lezen van dit artikel heeft de lezer al de hele tijd geademd, maar we staan er niet bij stil. Als we op onze ademhaling focussen, kunnen we ankeren in het hier en nu, en dat heeft aangename ‘bijwerkingen’ zoals controle en bewustwording.

En zoals we voortdurend ademen, zo denken we ook permanent. Dat kan de vorm aannemen van piekeren, tobben en ‘over-anticiperen’. We denken na over het verleden dat we niet meer kunnen veranderen en over de toekomst die er vaak toch anders zal uitzien dan we kunnen bedenken. Gedachten kunnen ons uit onze slaap houden, angstig maken, … En die permanente gedachtestroom verwaarlozen we, net als mensen met een zittend bestaan hun lichaam verwaarlozen. Meditatie is de sport om daarbij stil te staan.’

In je boek beschrijf je dat je eigen rebelse kant je af en toe behoorlijk in de weg zat in je eigen proces.

SL: ‘Ik ben gestart met yoga op een moeilijk moment in mijn leven. Voor ik de yogazaal binnen ging, rookte ik nog snel een sigaret. Daar kreeg ik een lieve opmerking over van de yogaleerkracht, maar ze verbood het me niet. Het mooie aan yoga en meditatie is dat je doet wat je op dat moment kan. Iedereen mag het doen op zijn of haar manier, plek en tijd. Dat besef hielp me om mijn weerstand te overwinnen.

Natuurlijk ben ik als onderzoeker ook een professionele rebel. En het is goed om in het leven kritische vragen te blijven stellen. In mijn boek geef ik ook geen strikte regels, ik zeg niet wat “juist” en “fout” is of dat je je duim tegen je pink moet houden. Ik reik wel dingen aan. Je kan tennisspelen om de competitie of gewoon om in vorm te blijven. In het eerste geval zijn er zo veel aanwijzingen en dingen waarop je moet letten, dat het plezier vermindert en het misschien gauw niet meer hoeft. In het tweede geval is het allemaal wat minder strikt en hou je er mogelijk meer plezier in. Zo wil ik meditatie ook meegeven, ontdaan van de voor mij overbodige regels en voorschriften.’

Meditatie hoort voor veel mensen bij het ‘alternatieve’. Jij bent zelf neuroloog. Hoe sla jij de brug tussen beide werelden?

SL: ‘Ik hou niet van zwart-wit. Patiënten zeggen me vaak dat ze tegen de klassieke geneeskunde zijn, bij collega’s hoor ik dan weer vaak dat ze alles wat geen klassieke geneeskunde is, quatsch vinden. Zelf bekijk ik het liever complementair. De interactie tussen het mentale (onze geest of brein) en het lichamelijke is complexer dan de dualiteit die we er vaak van maken, en daar moeten we aandacht voor hebben.

Als we kanker of hoge bloeddruk hebben, moeten we uiteraard niet alleen gaan mediteren. Meditatie is geen vervanging voor chemotherapie of medicatie. Maar er zijn weinig ziekten die niet verergeren door stress, en daar kunnen we met meditatie wel aan werken. Meditatie is dan aanvullend, niet vervangend. Voor klachten als depressie en slapeloosheid is het aangetoond dat meditatie evenveel effect kan hebben als medicatie, zonder de vervelende bijwerkingen. Je hoeft trouwens niet ziek te zijn om te mediteren, het is uiteraard ook nuttig voor gezonde personen.’

(…)

Lees het volledige interview met neuroloog Steven Laureys in de nieuwe Psychologies (mei-juni 2019)