Mijn huis, mijn verhaal

Minimalistisch strak, landelijk warm, kleurig retro… We hebben allemaal een andere interieursmaak. Maar wist je dat jouw woonstijl iets zegt over je persoonlijkheid? ‘Snoopology’ noemt psycholoog en onderzoeker Sam Gosling deze tak van de psychologie.

Tekst Sarina Wijnen

‘Wow, wat een zen, wat een rust!’, dat is wat een vriendin uitriep toen ze mijn appartement voor het eerst zag. Ik heb bewust gewerkt met twee neutrale basiskleuren en twee accentkleuren binnen dezelfde familie. En het meubilair is strak en modern, gecombineerd met warme materialen en veel planten. Dat vind ik gewoon mooi. Of zit er meer achter? Verraadt mijn zen-voorliefde iets diepers over mezelf?

Sam Gosling, sociaal psycholoog, onderzoeker, hoogleraar aan de University of Texas en auteur van De geheime taal van dingen zegt van wel. Hij onderzocht wat voorwerpen en kenmerken in een huis prijsgeven over de persoonlijkheid van de eigenaar. Daarvoor bezocht hij een groot aantal studentenwoningen op een onverwacht moment. ‘Snoopology’ noemt hij deze tak van de psychologie, die hij als zowat enige ter wereld beoefent. Een team noteerde op lange lijsten wat er precies aanwezig was in de ruimte aan spullen, en of het interieur kleurrijk was, somber, modern, goed verlicht, enzovoort. De bewoners van deze ruimtes deden intussen een persoonlijkheidstest, waarbij gekeken werd hoe ze scoorden op de Big 5-dimensies, wetenschappelijk het meest gevalideerde systeem voor persoonlijkheidstrekken. Die Big Five bestaan uit: extraversie, inschikkelijkheid, zorgvuldigheid, openheid voor ervaringen/ideeën en neuroticisme. En wat bleek? Sommige persoonlijkheidstrekken hebben verbazend veel verband met de inrichting van iemands huis.

Kaarsen & kleurpotloden

Zo wonen zorgvuldige mensen (georganiseerd, doelmatig en betrouwbaar) uiteraard in nette en opgeruimde huizen, met hun cd’s en boeken netjes geordend. Ook hebben ze vaker woningen met veel licht. Mensen die hoog scoren op openheid (nieuwsgierig, fantastievol) hebben dan weer vaker een aparte inrichting – denk aan een schommel in de woonkamer of graffiti op een eettafel. In tegenstelling tot wat de onderzoekers dachten, houdt de hoeveelheid boeken en tijdschriften geen verband met openheid. Wél belangrijk is de gevarieerdheid: een open persoon heeft boeken en tijdschriften over uiteenlopende onderwerpen. Vooral boeken over psychologie, kunst en poëzie zijn een duidelijke aanwijzing voor openheid. Net als creatieve spullen, zoals kleurpotloden, internationale landkaarten, kaarsen en muziekinstrumenten. Extraversie, inschikkelijkheid en neuroticisme bleken volgens de studie moeilijker af te lezen van iemands interieur. Maar omdat extraverten graag mensen rondom zich hebben, vermoedt Sam Gosling dat zij vaker hun huis inrichten op gezelschap, bijvoorbeeld met snoep op tafel en een grote comfortabele sofa. Bij inschikkelijkheid (vriendelijk, hulpvaardig, tolerant) zou je dan weer een kleurig interieur met zachte materialen verwachten, maar dit werd niet bevestigd door de studie. En neuroticisme (onzeker, zenuwachtig, je snel zorgen maken) leverde maar één typisch woonkenmerk op: zulke mensen hebben vaker posters met inspirerende citaten aan de muur.

 

Lees verder in PSYCHOLOGIES, nu in de winkel…